Jacobine van den Hoek
Jacobine van den Hoek

Column Jacobine: Beetje verliefd

13 maart 2024 om 11:00 Column Column Jacobine

AMSTELVEEN Een uitnodigende stralend blauwe lucht lonkt naar me vanuit mijn werkkamer. Nog even afmaken, denk ik, en ik tik de laatste regels. Dan sta ik op, het is tijd om de zon te voelen die zich de laatste dagen zo vaak verschool achter grijze wolken. Buiten voel ik de warmte op mijn gezicht en ik hef mijn hoofd ten hemel. In het Amsterdamse Bos loop ik via de Bleekerskade onder de A9 door naar het Bloesempark. Er zijn meer mensen op de wandelpaden. Vriendelijk groeten we elkaar. Het is licht en warm. Alles ziet er rooskleurig uit. Vrolijk stap ik voort.

Verlangend zoek ik een plek om te genieten. Op het eerste bankje zit al iemand. Een fiets is zo geplaatst dat er geen ruimte meer is voor een ander. Ook een tweede bankje is bezet. Er is weliswaar plek, maar liever laat ik de oude vrouw met rust. Haar gezicht staat zuur; stuurs kijkt ze van me weg. Vrolijk wandel ik door.

Ik wandel naar een ander uitzichtpunt van het Amstelveens meer. Ooit ontstond het als veenplas. Orchideeën, paddenstoelen, moerasplanten en zelfs de vleesetende zonnedauw vind je hier zomaar in het wild. Natuurlijk is ook hier het bankje bezet. Met gevouwen handen geniet een vrouw van de zon. Direct achter haar staat een reiger. Doodstil. De snavel naar voren, de vleugels strak tegen het lichaam. Ze stralen samen rust, wijsheid en tevredenheid uit. Ik blijf staan, bang hun moment te verstoren. Maar van de andere kant wandelen mensen op ze af. Ze spreken haar aan en wijzen naar de vogel. De magie is verbroken. Verveeld steekt het dier zijn snavel tussen zijn veren, maar toch blijft hij staan. 

‘Mag ik?’ vraag ik even later. ‘Ja, natuurlijk.’ Ze wijst op de lege plek. In stilte zitten we naast elkaar. Achter ons de reiger. Passerende wandelaars maken foto’s. De vrouw vertelt dat hij eerder de vleugels spreidde: ‘Als een hart. Zo mooi.’ Ze laat haar foto’s zien, we delen onze verwondering, en dan stapt ze op. En terwijl ik alleen op de bank achterblijf en geniet van de warmte hoor ik dat de reiger zich achter mij beweegt. Hij staat naar me toegedraaid en heeft zijn vleugels gespreid. Liefde stroomt door me heen. ‘Wauw,’ fluister ik. ‘Dank voor dit moment.’ Als het tijd is om te gaan zie ik hem vliegen, boven het voetpad, boven de bomen.

Jacobine van den Hoek werkt en woont met haar man en drie zoons in Amstelveen. Ze schrijft wekelijks over dingen die zij meemaakt en haar opvallen.

www.jacobinevandenhoek.nl

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie