AvA bezorgd over ontwikkeling leefgemeenschap in Bovenkerkerpolder

AMSTELVEEN De politieke partij Actief voor Amstelveen maakt zich zorgen over de ontwikkelingen op de terreinen aan de Middenweg 5 en 6 in de Bovenkerkpolder. Daar wordt volgens mediaberichten zorgboerderij De Meent en een christelijke leefgemeenschap ontwikkeld. De Protestantse diaconie Amsterdam heeft deze panden met rond de 32 hectare grondoppervlak gekocht en maakt deze ontwikkelingen mogelijk. AvA vreest dat de activiteiten een verkeersaantrekkende werking hebben op dit relatief stille deel van de Middenweg.

Op het terrein vinden allerlei activiteiten plaats die verricht worden door vrijwilligers uit Amsterdam en Amstelveen. Het gaat om natuurbeheer en sociale projecten. De plannen voorzien volgens Ava in een zorgboerderij met kantine, een ontvangstruimte, een gaarkeuken, een broedplaats met werkplaats voor autotechniek en houtbewerking, kunstenaarsateliers en dergelijke. 

De bestaande panden zijn of worden volgens AvA in relatie tot die activiteiten verbouwd. Daarnaast wordt volgens de lokale partij de indruk gewekt dat binnen de panden onderdak of overnachtingsmogelijkheden wordt geboden aan niet-gedocumenteerde asielzoekers. “Wij hebben geen bestemmingsplanwijzingen of afgegeven bouwvergunningen gezien voor deze ontwikkelingen. Daarom hebben wij vragen aan het college van Burgemeester en Wethouders gesteld,” aldus fractievoorzitter Michel Becker.

AvA vraagt onder meer of het college bekend is met deze ontwikkelingen. Verder wil de partij weten of deze ontwikkelingen niet in strijd met het geldende bestemmingsplan en met de landschappelijke en natuurwaarden van de Bovenkerpolder en of er voor de verschillende verbouwingen vergunningen verleend zij. Als dat niet het geval is wil AvA weten of de gemeente handhavend gaat optreden.

Verder wil de partij weten of het college het met haar eens is dat het niet gepast is om ter plaatse onderdak of overnachtingsmogelijkheid te bieden aan uitgeprocedeerde en niet-gedocumenteerde asielzoekers. AvA vraagt het college om te onderzoeken om te onderzoeken of dergelijke opvang plaatsvindt en als dat gebeurt of het college dat dan wil beëindigen.