Jacobine van den Hoek.
Jacobine van den Hoek. Tammy van Nerum

Column Jacobine: Schaatskoorts

21 december 2022 om 11:00 Column Column Jacobine

AMSTELVEEN Vet glinsterde op de ijzers. Sinds het nieuws rondging dat het zou gaan vriezen, lagen ze al paraat. Vorig jaar, aan het einde van de winter liet ik ze slijpen; ik wilde er klaar voor zijn zodra het kon. Glijden. Het liefst met de zon weerkaatsend op het ijs. Mijn muts strak over mijn oren getrokken en mijn handen gestoken in wanten. Al twee dagen nodigden strakblauwe, ijskoude luchten mij uit om te gaan. ’s Morgens krabde ik ijs van mijn autoruit en de fiets liet ik staan vanwege gladde wegen. 

Vrijdag lag De Poel er strak bij, maar de thermometer gaf vier graden aan. Vier dikke ronde graden! Verlangend keek ik naar mijn ingevette schaatsen. Zou ik…? Alarmbellen klonken in mijn hoofd, berichtgeving over verdronken schaatsers zoemde erdoorheen. ’s Avonds op weg naar een voorstelling in Griffioen – we gingen met de auto want de weg was als een ijsbaan zo glad – gaf de buitentemperatuurmeter nul graden aan. Geen min zeven zoals was voorspeld op het weerbericht. Nu ben ik geen ijsspecialist, maar zelfs ik weet dat de aangroei van ijs met slechts één of twee graden vorst niet erg hard zal gaan. 

Vanuit ons zolderraam keek ik op het slootje voor ons huis. Is er beweging? Waren er mensen, stoerder dan ik, die de proef op de som namen en aantoonden dat het mogelijk was. Kon ik met mijn noren onder mijn voeten mijn schaatskoorts laten zakken? Kon ik glijden? Glijden en de kou op mijn wangen voelen, terwijl spieren opwarmden, gelijk met mijn hart.

Het verlangen naar die glijdende beweging in de kou was niet te temmen. Het gelukzalige gevoel bij het horen van de onwerkelijke geluiden, het getokkel en gezang, het lonkte me naar het bevroren water. Ik wist: hoe hoger de zangtoon is, hoe dunner het ijs. En wist: kraakt het, dan breekt het niet. Ik was voorbereid. En toch klonk elke krak als een waarschuwing. Hoorde ik het, dan moest ik doorschaatsen. Versnellen. En dat deed ik. Vrijdag op de sloot voor ons huis. En zaterdag op de Poel. Het was magnifiek. Dichter bij de natuur kon je eigenlijk niet zijn. Het gevoel ‘nu of nooit’ was zo sterk dat gevaar werd gebagatelliseerd. De verleiding was te groot en het ijs dik genoeg. Dacht ik… Nee, het was zo. Het was dik genoeg. Wat kan glad natuurijs een mens gelukkig maken.

Jacobine van den Hoek werkt en woont met haar man en drie zoons in Amstelveen. Ze schrijft wekelijks over dingen die zij meemaakt en haar opvallen.

www.jacobinevandenhoek.nl

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie