Afbeelding
Archief

Cel geëist voor geënsceneerde overval op eigen bedrijf van diamantair in Amstelveen

24 februari 2022 om 13:30 Misdaad

AMSTELVEEN Het Openbaar Ministerie heeft donderdag bij de rechtbank in Amsterdam twee jaar cel geëist, waarvan een halfjaar voorwaardelijk, tegen voormalig diamantair Maurice van G. (55). Hij zette in november 2016 een overval op zijn bedrijf in Amstelveen in scène, waarbij een forse buit werd gemaakt. Van G. streek miljoenen van de verzekering op.

Tegen een van de overvallers’, Danny S. (30), eiste het OM anderhalf jaar cel, waarvan eveneens een halfjaar voorwaardelijk. Twee andere ‘overvallers’ zijn spoorloos gebleven, evenals een man die als een soort aanjager zou hebben opgetreden in het oplichtingsproject. 

GELDPROBLEMEN Van G. zou tot zijn bijzondere stap zijn gekomen door financiële problemen, waarover hij met niemand kon praten. “Ik was in paniek”, zei hij tegen de rechtbank. Hij voerde voorgesprekken met S. en op 9 november 2016 mochten de overvallers onder zijn toeziend oog in zijn bedrijfskluis hun tassen vullen met juwelen en sieraden. Hij liet zich vastbinden en opsluiten in die kluis, om zich daar later uit te laten bevrijden na een telefoontje naar zijn dochter. Van G. deed vervolgens aangifte en diende bij zijn verzekeraar een miljoenenclaim in. Die keerde 3,5 miljoen euro als voorschot uit. Van G. hield zijn familie, de politie en de medewerkers van zijn bedrijf maandenlang voor de gek. Bij de onderbouwing van haar strafeis wees de officier van justitie erop dat de politie grootscheeps onderzoek heeft gedaan naar de schokkend ogende overval en kosten noch moeite heeft gespaard om de zaak tot een oplossing te brengen. 

SPIJT Die diende zich pas aan toen Van G. door de mand viel en duidelijk werd dat het hele verhaal één groot toneelspel was geweest. Van G. bekende, evenals S., zij het dat hij pas na verloop van tijd wilde verklaren. Het duo heeft elkaar wel tegengesproken in diverse verklaringen, bijvoorbeeld over de hoogte van de buit. Ten overstaan van de rechtbank betuigde Van G. uitvoerig spijt. “Ik kon het niet meer aan”, zei hij geëmotioneerd. “Ik was niet zo, ik ben niet zo. Ik heb iets verschrikkelijks gedaan.”

De uit Houten afkomstige S. verscheen niet ter zitting. Het is onduidelijk waar hij verblijft; zijn advocaat liet vragen van de rechtbank daarover onbeantwoord.

De beide verdachten zitten allang niet meer in voorarrest. Dat de zaak pas na bijna zes jaar voor de rechter komt, heeft volgens het OM verschillende oorzaken. Zo heeft het politieonderzoek betrekkelijk lang geduurd, heeft de verdediging extra onderzoek gevraagd en zette tenslotte de coronacrisis een streep door een voortvarende afdoening. 

ANP  PETER ELBERSE (ERA)

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie